maandag 30 april 2012

lente maal twee

Wij werden vandaag getrakteerd door een uberschattig hummeltje. Alles deed ie om ons te doen smelten. Woordjes nazeggen, van broek tot sossies. Mams uitputten in de speeltuin door overal, en ik zeg overal, op te kruipen. Maar het mooist van al vandaag, was dat hummeltje keihard heeft geknuffeld. En dat deed hij tot nu toe bijna nooit. Vandaag deed hij het helemaal, met de armpjes om me heen, vastgeklamd rond mijn rug en ook héél erg lang. En intussen gaf hij lekkere zabberkusjes met een grote smak. Ik ben helemaal gesmolten.

woensdag 18 april 2012

De tijd heeft stil gestaan, sinds woensdag 4 april. Telefoon van de vriend van mama. "Je kan best al je activiteiten staken en naar hier komen."  Toen ik merkte dat mama in het ziekenhuis op een eenpersoonskamer was gelegd, wist ik hoe laat het was. Toen ik haar zag, nog meer. Op twee dagen tijd was ze onherkenbaar geworden. In een diepe coma.  Onvoorstelbaar wat er vanaf dan door je heen gaat, elke dag opnieuw. Blij dat ze er nog is. Verdrietig en boos omdat ze er nog moet zijn, met pijn en een onrustige ademhaling. Een geloop van dokter naar dokter, maar verpulverd door de behandelende arts die haar toch nog wil proberen wakker te maken. Een lichaam dat leeg is, verteerd door de chemo en de uitputting van de voorbije maanden. Mama is blijven vechten, chemo na chemo, terwijl haar lichaam het niet meer kon. Wij stelden ons al maanden de vraag of dit menswaardig was, maar ze wilde er niet van weten. Leven zou ze.  Met hummetje de wereld ontdekken. En daarvoor moest ze nog één chemo. En nog één. En nog één ... En toen begaf haar lichaam het. Mager, uitgemergeld, en net die éne complicatie teveel. 
We hebben een week bij haar gewaakt. Een week nog bij haar geweest. Een week toch een beetje afscheid genomen. 
Nu is het leven van alledag weer hernomen. Het afscheid is definitief. De leegte gaapt op de meest alledaagse momenten. Wanneer ik de telefoon wil nemen om haar iets te zeggen. Wanneer ik gerustgesteld wil worden omdat hummeltje het moeilijk heeft. Wanneer ik wil vragen of ik wel zou gaan werken, nu ik me uitgeput en moe voel, en een zware hoest me velt. Wanneer ik haar paascadeautje voor hummeltje bekijk. Een schommel. Ik durf hem nog niet op te hangen. Foto's bekijken, durf ik ook nog niet. Wenen maar heel soms. Terugkijken naar vroeger, helemaal niet. Ze was zo anders die laatste week. Zo onherkenbaar zacht. Zo moeke.

donderdag 12 april 2012

Nu valt de nacht

nu valt de nacht, zacht als de sneeuw
en alles staat stil in de kou
ik draag een ster van ver in mijn hand
ik ben onderweg naar jou.


Slaapzacht mama moeke.